8 november: over wakker worden, innerlijke versterking en Lady Gaga

Op verzoek een paar regels over de preek van zondag 8 november jl.

Je hebt de naam levend te zijn maar je bent een dode. Word wakker en versterk het overige in jezelf dat anders dreigt af te sterven. Want ik heb bevonden dat je doen vanuit het goddelijke bezien geen volle werkelijkheid bezit. 

Dit is enigzins vrij vertaald uit het gedeelte in het derde hoofdstuk van de Apokalypse van Johannes dat die dag gelezen werd. In de volksmond van onze Christengemeenschap: “Sardes”, omdat het tot de engel van die gemeenschap is gericht. De passages keren met grote getrouwheid iedere novembermaand terug: tijd om aan het altaar apokalypse te lezen.

Als je omwille van de onbevangenheid  voor een moment even weglaat waar deze woorden vandaan komen en hun inhoud en lading op je in laat werken kun je je afvragen: waar resoneert dit in mij? Dus waar speelt zich dat in mij af? Je kunt vanuit die vraag een gevoel ervoor krijgen hoe en waar gesprekken tussen mens, engelen en godheid plaatsvinden.  Het Rijk der Hemelen komt niet op uiterlijke wijze. Men zal dus niet kunnen zeggen: zie: hier is het of daar. Want het Rijk van God is in je innerlijke wezen. ( Lukas 17:21) .  Kijk als je het leuk vindt ook eens naar deze link, van Jos Douma, Plantagekerk Zwolle.

Religieuze verdieping legt de bronnen bloot van wat spreekt in het innerlijk. Bij een geest als van de Johannes der Apokalypse verschijnen deze bronnen in hun volle glorie, vanuit diens grote helderheid van bewustzijn. Maar ook als de herkomst voor mensen vaak helemaal niet duidelijk is spreekt het innerlijk of beter gezegd: het innerlijk is een plek waar het goddelijke spreekt.

Het is alleen vaak niet meteen prettig wat gesproken wordt. En omdat we vindingrijke wezens zijn bestaan er van allerlei handige technieken en foefjes om dit gesprek uit de weg te gaan.  De geest is echter zeer geduldig en spreekt en herhaalt, schijnbaar zacht maar wel indringend. De kwestie is natuurlijk ook dat de goede geestelijke machten met onze menselijke vrijheid te maken hebben en die volgens hun eigen normen streng respecteren. Dat maakt dat je vaak nog het beste kunt aansluiten bij pijn en leed, want daar onstaan openingen en daar ontstaan vragen.

En zo zijn er toch wel heel veel mensen die deze boodschap van Sardes waarnemen, vaak daar ook hevig onder lijden, er ook niet direct aan willen maar uiteindelijk wel de moed vatten een ervaring onder ogen te zien:

Wat ik doe is op de een of andere manier niet echt. Ik heet in het leven te staan, maar ik ben eigenlijk dood. Er is iets in mij dat werkelijk leeft maar ik kom er niet bij. Ik wil iets gaan doen om hierbij te komen. Anders verzink ik in zinloosheid en tragiek en dat doe ik eigenlijk nu al. Ik moet zelf iets gaan doen, het kan niet voor mij gedaan worden. Ik wil het. Ik wil ermee aan de slag maar weet niet hoe. 

Het zijn vaak ( maar niet alleen) hele jonge mensen die dit waarnemen en uitspreken.

En dan komen mensen toch meer tot zichzelf en ontstaat er vernieuwing, nieuw leven. Eenmaal voor deze poort te hebben gestaan en dat te weten verandert je, ook als het niet meteen lukt en ook als je dit besef van het echte en het onechte bij je blijft dragen en je daar niet altijd wat aan kunt doen. Het omslagpunt is niet gekoppeld aan succes maar aan het besef  dat er iets wezenlijks is wat je echt met jezelf zult moeten aangaan en dat je niet kan worden afgenomen.

Daaruit ontstaat vrijheid. Dan wordt vrijheid werkelijkheid en dan is er de ruimte. En dan gaat God je helpen.

Kijk om je heen en zie het: hoe mensen hun doelen en opgaven ontdekken waarvoor ze kunnen gaan. Deze dingen gebeuren echt.  Laat je niet gek maken. Het gebeurt heel veel.

We kunnen als christelijke religieuze gemeenschap iets doen: oog hiervoor hebben.

Als we dat oog niet of niet voldoende hebben kunnen we het ontwikkelen.  Dan dragen wij onze medemensen religieus-spiritueel en we verbinden ons met de levensstroom van de wakker wordende mensheid. Dit staat (gelukkig maar!) los van ons eigen streven en falen,  en al onze issues en zwaktes op dit gebied. Wat ontstaat is zin en perspectief maar je moet dat wel willen zien, ernaar zoeken en het leren herkennen.

Het is belangrijk dat het gezien en herkend wordt. Niet alleen door God en de engelen. Ook door mensen.

Want daarmee versterken we elkaar.

Hòe wijd verbreid dit leegtegevoel eigenlijk is kun je afleiden uit de respons die bepaalde songs bij het grote publiek krijgen. Hier een voorbeeld: een artieste met een miljoenenpubliek schrijft zelf haar songteksten en beschrijft in interviews en documentaires hoe deze uit innerlijke ervaring en pijn geboren worden.  Ze beschrijft dat het bevallingen zijn, waarin het meest intieme ter wereld wordt gebracht (en misschien juist daardoor wereldwijd de weg naar het innerlijk van anderen vindt).

Zij is iemand die andere – vaak hele jonge- mensen door haar kunst kan redden van de vertwijfeling.

Het liedje “Shallow” lijkt daarom wel een beetje een preek over “Sardes” te zijn.

Hier is een deel van de tekst:

Tell me somethin’, girl
Are you happy in this modern world?
Or do you need more?
Is there somethin’ else you’re searchin’ for?
I’m falling
In all the good times I find myself
Longin’ for change
And in the bad times I fear myself
Tell me something, boy
Aren’t you tired tryin’ to fill that void?
Or do you need more?
Ain’t it hard keeping it so hardcore?
I’m falling
In all the good times I find myself
Longing for a change
And in the bad times I fear myself

De artieste/singer-songwriter is Lady Gaga.

We mogen vertrouwen hebben in onze tijd: in de zoektocht van de bewustzijnsziel. Het is mieren, vallen en opstaan, proberen, mislukken. Het lijkt onspectaculair maar het is zo wezenlijk: het stukje in ons dat zoveel doods en onechts ervaart maar zelf leeft. Als het dat tenminste wil.

Hier is een link op Wikipedia over het nummer: https://nl.wikipedia.org/wiki/Shallow

En hier is een opname: